Vandaag weer een hele leuke blog van gastblogger Bertina! Over de eeuwige jeugd.. de ontdekking van grijze haren en de eerste knipbeurt van haar jongste zoon!
Het is weekend en na een weekje van een los(geslagen) eetpatroon bestudeer ik mijn gezicht eens van dichtbij in de spiegel. Constateer dat ‘de eeuwige jeugd’ ook voor mij niet is weggelegd en leg me neer bij oneffenheden en imperfecties. Maar dan toch een schok(je). ‘Jongens’ roep ik. ‘Mama heeft een grijze haar! Twee nieuwsgierige koppies verdringen zich naast me bij de spiegel. ‘Kijken, kijken’. ‘Ja, wacht even jongens, ik haal hem er wel uit’. Ik zeg het met de ijdele hoop daarmee ook de grijsheid nog een aantal jaar uit mijn leven te bannen. Met grote precisie zoek ik ‘de haar’ en trek hem eruit. ‘Mag ik hem?’ Ik geef eerste echte grijze haar aan grote zoon en met de voorzichtigheid alsof het gaat om een kostbaar relikwie neemt zoon mijn haar mee naar de lamp om dit eens grondig te kunnen bestuderen. ‘Ik wil ook!’ Zoon twee. Inmiddels heb ik gezien dat het niet bij één grijs exemplaar is gebleven en heb ik nog een aantal ‘boosdoeners’ gespot. ‘O, ik heb er voor jou ook nog wel een hoor’. Schrale troost. Ook haar nummer twee wordt onder de loep genomen onder de lamp en ik zijg verbouwereerd neer op de dichtstbijzijnde kruk. Grijs… Ik moet het verwerken. In een eerste reactie bedenk ik dat ik nu met gierende banden naar de kapper moet. Verf erin! Helaas is mijn eerste en enige ervaring met het verven van mijn haar niet een heel goede. Mijn blonde haren waren net zo geel als het gordijn in de kapsalon. Dat zal dus beter moeten. Ook bedenk ik me dat, als ik nu met het verven van mijn haren ga beginnen ik dit voor altijd vol zal moeten houden. Of niet. Of niks doen. En dan verder met ‘peper en zout’. Terwijl ik zo een aantal opties tegen elkaar afweeg zijn mijn jongens klaar met de studie en hebben de conclusie getrokken. Helder, duidelijk, zonder verdere onderzoeksvragen. Conclusie. ‘Je bent oud’. Ik heb geen moed om er tegenin te gaan. Want ja, na een week weinig slaap, slecht eten en nu grijze haren is dat precies hoe ik me voel.
Een soort omaatje met drie kinderen. Gelaten probeer ik mij te verzoenen met mijn lot.
Gelukkig is er in een dynamisch gezinnetje weinig tijd voor sentiment en wordt ik weer mee getrokken in de actie van alledag. Het is zaterdag dus wasgoed tot het plafond, kinderkamer overhoop , uitgebreide badderbeurten en tussendoor een goede cappuccino. Een paar uurtjes later zijn we allemaal klaar om de dag te beginnen. Inmiddels is het al ver in de middag maar dat deert op zaterdag niet. Met middelste zoon en kleine hummel pak ik de tram op weg naar onze kapper in de stad. Chinatown. Fijne plek, fijne kapper, gezellige mensen. Hoogste tijd voor de allereerste knipbeurt van onze Ruben. Onderweg moet ik middelste zoon een aantal keer gerust stellen dat hij geen ‘kapsel’ hoeft. Nee hoor kerel, het is de beurt aan baby Ruben (die al lang geen baby meer is). Eenmaal in de stoel bij mama op schoot zit kleine hummel de zaak bij elkaar te krijsen. Nu, bij nummer drie doet het me niet zoveel meer. Inmiddels weet ik dat de eerste anderhalf jaar de knipbeurten gepaard gaan met gekrijs en dikke tranen en dat ook dat vanzelf weer over gaat. In de grote spiegel voor ons zie ik een spartelende dreumes, een goede ervaren kapper en mijzelf nogal onbewogen met het hoofd van dreumes in de houtgreep. Het ziet er allemaal heel efficiënt en niet per se heel knuffelig uit. Gewoon even doen dan is het snel voorbij.
En ja, al heel snel zijn we klaar en heb ik hummel weer rustig in de wagen zitten. Broodje, flesje, leed geleden. Voor hummel. Niet voor mama, want nu begint het pas. Ineens zie ik de baby haartjes van mijn zoon zomaar oneerbiedig op de grond liggen. Ik zie dat een grote meneer de stoel in stapt en ik kan het niet laten een paar haartjes van mijn baby die geen baby meer blijkt te zijn op te pakken van de vloer. Ineens lijkt het een soort heiligschennis. De haartjes van mijn zoon! Zijn eerste plukjes waar hij zo enorm lang over deed om ze te laten groeien! Haartjes die ooit heel diep verborgen binnen in mij zijn begonnen met groeien op zijn kleine baby koppie. Ik neem ze mee! Geen idee wat ik ermee moet. Ze verdwijnen in een geheim vakje in mijn tas en zullen daar waarschijnlijk blijven zitten tot ooit.
’ s Avonds in bed overdenk ik mijn emotionele haren dag. Baby haartjes op de grond. Geen baby meer in huis maar toch echt een (flinke) dreumes. Een klein kereltje is het nu met zijn korte koppie. En ik mijn eerste grijze haren gevonden. De eeuwige jeugd. Hij gaat mij voorbij. Of toch niet. Misschien… Misschien bestaat er toch iets als ‘de eeuwige jeugd’ en zijn we er allemaal een onderdeeltje van. Is het niet zo dat ik nu al voorzichtig een plekje opschuif? En stapje voor stapje plaats maak voor nieuwe jeugd? En daarna weer nieuwe jeugd? En is er dan niet zoiets als eeuwige jeugd? Het maakt me blij en dankbaar schakeltje te mogen zijn in de eeuwige jeugd die we generatie op generatie aan elkaar door geven. De eeuwige jeugd, ik geloof erin! En ja, dan neem ik die grijsheid ook maar voor lief. Peper en zout zijn best smaakvol toch?